Theater

Nieuwe programmeur en ‘beschermer van het huis’: Hank van Bosstraten over ‘paying it forward’, gelukspoppetjes en zijn legacy

di. 10 januari 2023

Sinds november heeft Podium Mozaïek een nieuwe programmeur in huis: Hank van Bosstraten. Hank heeft een achtergrond in de televisiewereld als regisseur, maar schuwt zelf ook het podium niet: hij staat regelmatig in de spotlights als muzikant en comedian. Nu Hank zijn plek in ons fijne theater heeft gevonden en volop bezig is met het plannen van het nieuwe seizoen 2023-2024 stellen we hem graag aan jullie voor. Wie is deze nieuwe programmeur bij Podium Mozaïek?

 

Wat betekent jouw naam, Hank van Bosstraten, voor jou?

Hank is de naam die mij in 1982 is gegeven door een collega met wie ik werkte bij Concerto, de bekende platenzaak in Amsterdam. Toen ik me aan haar voorstelde als Henk was haar eerste reactie: ‘Ik vind Hank veel leuker klinken.’ Dit was ook mijn eerste ervaring met de gevatheid van een Amsterdammer, want ik ben een geboren en getogen Limburger en vond dat heerlijk verfrissend om te horen. In Limburg is het wel gemoedelijk, maar je moet niet je kop boven het maaiveld steken, want dan word je meteen als verwaand gezien. En als ik me niet vergis heette zij Corrie, wat ik al bij voorbaat een typische naam vind voor een brutale Amsterdamse!

In mijn paspoort staat de naam Hendrik, ik ben vernoemd naar een vriend van mijn vader. Mijn vader heette Charles, maar werd altijd Jalles genoemd. In de Tweede Wereldoorlog vocht hij voor het KNIL (Koninklijk Nederlands-Indisch Leger) tegen de Japanse bezetting van de toenmalige kolonie Nederlands-Indië. Tijdens een kogelvuur kreeg hij een waarschuwing van zijn maat: een Molukse man die riep ‘Jalles, awas!’, (‘Jalles, pas op!’). Op dat moment draaide mijn vader zijn hoofd en scheerde er een kogel langs zijn hoofd. Als hij toen niet zijn hoofd had gedraaid, dan had hij het niet gered. Ik ben naar die vriend vernoemd.

Mijn familie en ik zijn nazaten van West-Afrikanen die tussen 1831 en 1872 door de Nederlandse overheid naar Indonesië zijn overgebracht als huurlingen voor het KNIL. Orang Belanda hitam werden zij genoemd, zwarte Hollanders. Arthur Japin schreef erover in zijn boek De zwarte met het witte hart dat de Nederlanders een deal sloten met de koning van de Ashanti zodat hij krijgsgevangen leverde. Sommigen zeggen dat het verkapte slavernij was.

De naam Van Bosstraten stamt af van Kapitein van Bosstraeten, een Belg. De ’e’ verdween na een brand in het register, waarna alle namen opnieuw opgeschreven moesten worden.

Ik ben de familielijn van mijn vaderskant nog steeds aan het onderzoeken. Arthur Japin zei dat ik op zoek moest gaan in het Museum Volkenkunde in Leiden, maar daar is mij verteld dat de informatie die ik zoek onder de archieven van defensie valt en dat deze gesloten zijn voor publiek.

Ik heb het laatst weer eens opgezocht: Hendrik betekent ‘heer(ser) van het huis’ (Oudgermaans). Dat is gek, want ik heb altijd het idee gehad dat Hendrik stond voor ‘beschermer van het huis’. Het zijn twee interpretaties die dichtbij elkaar liggen. Anyway, of het nou heerser of beschermer betekent, ik heb altijd de drang gehad om de omgeving waarin ik zit zo optimaal mogelijk te houden/krijgen. Dat doe ik door ervoor te zorgen dat er een sfeer is waar iedereen zich goed voelt. Ik ben van huis uit zowel een harmonie-aanhanger als een recht-door-zee-type: enerzijds wil ik dat iedereen het prettig met elkaar heeft, anderzijds kan ik slecht tegen alles dat in weg zit. In feite voel ik me dan zowel heerser als beschermer.

Er is trouwens een bekende Van Bosstraten, een nicht die ik zelf nog nooit heb ontmoet. Zij heet Nettie van Bosstraten. Tante Nettie zong voor zowel de eerste president van de Republiek Indonesïe Sukarno als voor zijn opvolger Suharto. Ook was mijn tante vaste gast aan het hof.

 

Kun je een moment of eerste herinnering delen van wanneer jouw passie voor de kunsten is ontstaan of aangewakkerd?

Op de lagere school kwam ik erachter dat ik André van Duin kon nadoen. In de 2e en 3e klas ging ik op tafel staan en deed Van Duin na en ik kreeg daarmee de hele klas aan het lachen. Toen wist ik dat ik iets op het podium moest doen. Later leerde ik de hele conference Majoor Kees van Paul van Vliet uit mijn hoofd en ook Snieklaas van Toon Hermans deed ik zijn geheel na.

Muziek was belangrijk voor ons gezin, maar ik ben de eerste die echt het theater in is gegaan. In de bovenbouw hadden ze bij mij op school een abonnement op de eindexamenpresentaties van de Toneelacademie in Maastricht, zo kwam ik in aanraking met theater.

Mijn docenten van toen wisten helaas niet dat er een Kleinkunst Academie bestond. Ik heb wel toelatingsexamens gedaan voor andere academies. Bij de Toneelacademie Maastricht werd je op drie onderdelen beoordeeld, namelijk lichaam, stem en spel. Ik kreeg een onvoldoende voor spel, ze vonden me te jong en introvert. Later heb ik ook een toelatingsexamen gedaan in Eindhoven. De commissieleden bleken dezelfde mensen te zijn als in Maastricht, maar nu werd mijn spel beoordeeld als te extravert. Als ik had geweten van het bestaan van de Kleinkunst Academie dan was ik daar graag naartoe gegaan.

 

Is er een inzicht of ervaring die zo belangrijk voor je is geweest dat je deze (on)bewust meeneemt in de ontmoetingen die je hebt?

Op 2 mei 2020 kreeg ik een hartinfarct, ik had het zelf niet eens in de gaten op dat moment. Ik heb 3 stents gehad. Het zit in de familie, mijn broers hebben er ook last van gehad. Vanwege de vermoedelijke trigger heb ik me toen voorgenomen om nooit onderscheid te maken tussen mensen op basis van status en positie. Mocht je mij daarop betrappen, geef me dan gerust ‘a kick in the nuts’.

Andersom ben ik vaak wel heel verbaasd als iemand mij behandelt zoals ik graag anderen behandel. Ik geef bijvoorbeeld graag kleine cadeautjes aan collega’s, zoals gelukspoppetjes met kleine berichtjes. Op mijn eerste werkdag bij Podium Mozaïek stond er een kaart met bloemen voor mij klaar. Dat raakt mij wel, dat vind ik fijn.

 

Wat kom je brengen en halen bij Podium Mozaïek?

Wat ik kom halen is de energie die ik daar aantref. Positieve energie op allerlei vlakken en die als Pokon werkt zodat ik weer kan groeien. Dit kan op allerlei manieren: zowel in de samenwerking onderling als wat je ziet op het podium en de mensen die langskomen. Het feit dat er bij Podium Mozaïek standaard een afterparty is na een comedyshow, voelt voor mij al als thuiskomen. Laatste belandde ik in een diep gesprek met een jong stel die met hun kinderen kwamen lunchen in Café Mozaïek. Het is zo tof om mensen te leren kennen, ik haal energie uit het opdoen van dit soort contacten.

Wat ik kom brengen is minimaal hetzelfde, to pay it forward!

 

Welke smaken breng je mee met het programmeren?

Aan de ene kan ga ik voor echt amusement. Een avond om te ontsnappen, te lachen of te genieten van mooie muziek. Even het verstand op nul.

Maar net zo belangrijk vind ik dat een programma iets met je doet, dit kan ook eng en spannend zijn. De voorstelling Slakje van Gerardjan Rijnders over misbruik en prostitutie vond ik bijvoorbeeld echt heel heftig, maar tegelijkertijd ook iets wat gezien moet worden ook al krijg je er een knoop van in je buik. Het is goed als een programma nog moet nawerken of een unheimisch gevoel geeft. Het is goed als je er nog over na blijft denken. De ene keer ben je aan het nagenieten, de andere keer ben je boos.

Ik probeer naast een voorstelling ook te zoeken naar een algehele beleving, met bijvoorbeeld nagesprekken, exposities, een afterparty met dj, een photobooth. Het is tof als het nog nagalmt en je de drang hebt om te blijven.

Ik hoop dat ik kan bijdragen aan het gevoel van het publiek en dat zij met een nieuwe beleving rijker de deur uitgaan. Dit kan een positief of slecht gevoel zijn, als men maar geraakt wordt en bedenkt: maar ik kom wel weer terug! Het moet de bezoekers niet koud laten, ze mogen niet onberoerd het pand verlaten.

 

Wat wil je achterlaten op deze wereld? Wat wordt jouw legacy (erfenis)?

In principe kan ik sterven, want ik heb drie fantastische dochters en dat zij er zijn vind ik heel erg knap van mezelf en mijn vrouw. En er komt alweer een nieuwe generatie aan, niemand is hier eeuwig. Het is verder niet zo dat ik nog een boek wil schrijven. Vroeger wilde ik dat boek wel of een film maken die je op tv kunt bekijken, maar dat heb ik niet meer. Die dingen heb ik achter me gelaten. Ik vind het helemaal niet erg als men over twee eeuwen geen cd van Hank van Bosstraten in huis heeft (die heb ik overigens zelf wel op de plank liggen).

 

Wat is het laatste nummer dat je hebt geluisterd?

James Taylor. Ik luister minstens één keer per dag naar hem, ik heb namelijk het nummer ‘You Can Close Your Eyes’ als ringtone. Dus ik luister die minimaal één keer gedeeltelijk of helemaal per dag.

Met dit nummer heb ik trouwens mijn tv-debuut gemaakt. Er was een programma bij de KRO waar je een videoclip mocht maken, dat heb ik toen gedaan voor dit nummer.

Dit is ook het eerste nummer wat men tijdens mijn uitvaart mag draaien.

 

Is er nog iets wat je wil meegeven?

Ik was in Denver om een paar nummers op te nemen voor mijn vrouw die voor het eerst zwanger was. Er stond daar een standbeeld van een grote native chief. Ik vroeg aan de mensen waarom dat standbeeld daar stond en er werd mij verteld dat deze chief een vloek had uitgesproken over dat gebied: namelijk als je een keer op die plek bent geweest dan zul je altijd de neiging hebben om terug te komen. Dit is het gevoel dat ik wil meegeven: ook al kunnen mensen het niet altijd plaatsen en weten ze niet precies wat het is, ze moeten nog een keer terugkomen en uitgedaagd worden om iets te zoeken waarop ze het antwoord nog niet weten.

Gepost door: Podium Mozaïek





Terug naar overzicht